Uit beide publicaties 1 zin.
Eerst die samenspraak, ook wel vertaald als “soldatenbiecht”. Eén zin daaruit moest m.i. vanmiddag hier klinken. Even de context:
De samenspraak is tussen een zekere Hanno (het zou in een dialoog van Plato Socrates kunnen zijn of hier de stem van Erasmus zelf kunnen zijn) en Trasymachus, een huursoldaat die net uit de oorlog is teruggekeerd.
Trasymachus is optimistisch gestemd over de vergeving van zijn vele en grove wandaden in de oorlog: even biechten bij de Dominicanen en weer verder…
Hanno vraagt hem: Welke priester ga je kiezen?
En dan dat antwoord van Trasymachus….!!!!
Die antwoordt: Eén van wie ik weet dat zijn persoonlijkheid en zijn geweten zo klein mogelijk zijn.” Want dat geeft de soldaat de meeste kans op absolutie, op verlossing….
Persoonlijkheid en geweten zo klein mogelijk….
Die zin trof me, denkend aan de laureaat van vanmiddag; iemand die wandaden niet onder het tapijt veegt, maar vanuit persoonlijkheid en geweten zichtbaar maakt, wat gezien moet worden bij oorlog en onrecht.
Het thema voor 2022 is dus “Weg met oorlog! En het onstuitbare pacifisme van Erasmus”.
En ik vermoed dat het pacifisme ook in de lezing van Siebe Thissen aan de orde zal komen als ik zijn aankondiging goed interpreteer.
Dan de tweede zin uit de Klacht van de Vrede;
“Indien ik werkelijk die Vrede ben,
die gelijkelijk door goden en mensen geprezen wordt,
de bron, de moeder, de voedster,
verbreidster van alle goede dingen onder de hemel en op aarde,
indien er zonder mij nergens iets bloeit, niets veilig is, niets zuiver of heilig,
niets ook de mensen aangenaam of de goden welgevallig;
indien daarentegen de oorlog een oceaan is van alle mogelijke rampen;
indien door zijn schuld plotseling alles wat bloeit, verwelkt;
alles wat groeit, verdwijnt;
alles wat steun biedt, dreigt in te storten;
alles wat goed gegrondvest is, te gronde gaat
alles wat zoet is, bitter wordt;
indien hij tenslotte zo verderfelijk is
dat hij een snelwerkend vergif is voor alle vroomheid en godsdienst;
indien er niets rampzaligers is voor de mensen,
niets meer gehaat door de goden,
dan vraag ik U bij de onsterfelijke God,
wie gelooft dat dat mensen zijn,
wie gelooft dat zij een korreltje gezond verstand bezitten,
die mij ten koste van zoveel,
met zo grote ijver, zo grote inspanning, zoveel kunstgrepen,
zoveel zorgen, zoveel gevaren
trachten te verjagen en zovele rampen zo duur willen kopen?”
Voor mij de meest aangrijpende zin over oorlog en vrede van Erasmus.
terug naar het verslag van de uitreiking van de Lof der Zotheidspeld 2022